Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

In juli 2017 is het nader onderzoek luchtkwaliteit intensieve veeteelt gestart in Nederweert. Er wordt tegelijkertijd op twee woonlocaties, een hoog-belaste en een niet direct belaste locatie, gemeten. De metingen worden binnen twee meetperioden van elk twee maanden uitgevoerd. Het gaat om een warme periode (juli-augustus) en twee maanden in een koude periode (februari-maart 2018).

Vervolgonderzoek
Dit onderzoek is een vervolg op het onderzoek ‘Veehouderij en Gezondheid Omwonenden’ (VGO), dat medio vorig jaar is gepresenteerd. Dit onderzoek is door het RIVM, Universiteit Utrecht (IRAS), Wageningen UR en NIVEL uitgevoerd in het oostelijk deel van Noord-Brabant en in Noord-Limburg. In deze studie is een aantal mogelijke relaties tussen veehouderij en gezondheidseffecten geconstateerd:

- een verhoging van het risico op longontsteking, met name in de nabijheid van pluimveehouderij;
- verhoogd voorkomen van luchtwegklachten en een verminderde longfunctie in relatie tot de dichtheid van veehouderijbedrijven rond de woning, ongeacht het type bedrijf;
- een verlaagde longfunctie na dagen en weken met verhoogde ammoniakconcentraties.

Gezondheidseffecten
Wat precies de gezondheidseffecten veroorzaakt is niet bekend. Om inzicht te krijgen wat er in de lucht rondom intensieve veeteeltbedrijven gebeurt, wordt in een bewoond gebied met veel intensieve veehouderijen luchtkwaliteitsonderzoek uitgevoerd. Het onderzoek richt zich in onze gemeente op de vorming van secundair fijnstof door bepaling van concentraties ammoniumzouten, fijnstof, ammoniak, en ultrafijnstof. Daarnaast wordt het verloop over de tijd van endotoxineconcentratie in woongebieden nabij veehouderijen onderzocht, om te achterhalen of piekconcentraties voorkomen.

Niet alleen in Nederweert
De gemeenten Venray en Horst aan de Maas zijn op het gebied van agrarische bedrijvigheid vergelijkbaar. Beide gemeentes nemen deel aan de studie voor het onderdeel ‘voorkomen van endotoxinen’ (zie ook dit artikel). Het onderzoek naar het werkingsmechanisme van de vorming van secundair fijnstof, wordt alleen in Nederweert uitgevoerd.

Resultaten
De Provincie Limburg is initiatiefnemer en opdrachtgever. Het onderzoek wordt onder leiding van het IRAS van de universiteit Utrecht, mede verantwoordelijk voor de eerdere VGO studie, uitgevoerd in samenwerking met het ISSEP (‘het Waalse RIVM’) en de Provincie Limburg. De resultaten worden in de zomer van 2018 verwacht.

Zie voor verdere informatie dit artikel en verdere informatie over de voortgang kunt u in de bijlage een artikel van Dagblad de Limburger lezen.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel