Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Als ZLTO-bestuurder besef ik dat we deze maanden op een keerpunt staan voor de intensieve veehouderij. De samenleving stelt luid en duidelijk eisen aan het bedrijf en het ondernemerschap van onze leden. Als de kritiek is dat de dieren meer ruimte moeten krijgen voor natuurlijk gedrag, dan zijn we het eens. Als de kritiek is dat we de lucht uit de stallen nog beter moeten zuiveren, zijn we het ook eens. Ook het landschappelijk inpassen van de stallen (en mooiere stallen) is geen twistpunt.

Veel van onze leden hebben daarom afgelopen jaren al stevige stappen gezet om de dieren meer ruimte te geven, om de lucht te zuiveren en rondom de stallen groen aan te planten. Dat zal de komende jaren zeker doorgaan. Deze stappen zijn vaak forse investeringen die uiteindelijk terugverdiend moeten worden met de verkoop van een eerlijk geproduceerd stukje vlees.

Over de richting, een duurzame veehouderij, is dus geen discussie. Dat is de enige weg. Waar ik het wel over wil hebben is het tempo en de weg er naartoe. Ik geloof in de kracht en vitaliteit van onze leden. Onze leden zijn ondernemers die eerder hebben bewezen (maatschappelijke) tegenslagen te kunnen omzetten in uitdagingen en kansen. Voor mij als belangenbehartiger is de grote vraag: hoe bereiken we nu een echte doorbraak bij de individuele ondernemer zodat hij (nog meer) investeert in duurzaam produceren terwijl de waardering voor zijn producten, door bijvoorbeeld de consument, op zich laat wachten?

Geen twijfel dus dat we als sector duurzaam willen produceren, met oog voor de gezondheid van onze buren en het welzijn van onze dieren. We willen als intensieve veehouderij een bijdrage leveren aan de voedselproductie in de regio. Er is echter een serieus spanningsveld tussen de sector die overtuigd duurzamer wil produceren en de sector die duurzaam geproduceerd vlees als 'kiloknaller' te koop aanbiedt voor de consument.

Ik zie hier een gedeelde verantwoordelijkheid voor ons als producent, maar ook voor de consument en de uitbater van de supermarkt. De discussies in de samenleving en de media dat de overheid daarom nu een halt moet toeroepen aan de intensieve veehouderij en dan vooral aan de schaal van de bedrijven, omdat we niet duurzaam zijn, vind ik eenzijdig. De maat van het bedrijf en het aantal dieren per bedrijf is wat mij betreft niet hét item. Ik ben voorstander van een schaalgrootte die past bij de ondernemer en zijn omgeving, die past bij de afzetmarkt waar hij voor produceert en die past bij de wensen van de maatschappij en de politiek. Dat zullen dus nooit enorme gebouwen zijn die meer weg hebben van een fabriekshal dan van een agrarisch bedrijf. De varkenshouderijen die nu nog te dicht bij dorpskernen en de natuur liggen, zullen gaan stoppen. Wij kunnen niet alleen voor iedereen de gewenste situatie bereiken. Daarvoor hebben we vertrouwen nodig: van de consument, van de burger die op 3 maart zijn stem uitbrengt en van Provinciale Staten die op 19 maart wel of geen ruimte geven voor bedrijfsontwikkeling.

We zien graag een overheid die keuzes durft te maken en de ontwikkeling naar duurzame productie mogelijk maakt. Dus niet alleen regels stelt, maar vooral kansen creëert voor ondernemers. Dan kunnen onze leden door op de ingeslagen weg naar een duurzame veehouderij, zonder noemenswaardige uitstoot van geur, fijnstof en ammoniak en risico's voor de gezondheid van de buren. De dieren worden met respect verzorgd in moderne en fraaie stallen die ten opzichte van nu een verrijking zijn voor het landschap.

De duurzame veehouderij levert voor de samenleving groene energie door middel van vergisting, zon en wind, zuivert op het bedrijf water dat terug kan in de natuur. De ondernemers van nu en straks houden er een uiterst geavanceerde voeding voor de dieren op na en richten de veehouderij zo in dat er ook minder transport nodig is. Als de intensieve veehouderij de ruimte krijgt, ontwikkelt de sector zich tot een van de duurzaamste takken van de Brabantse economie.

Vooruitzien vergt moed!

Maarten Rooijakkers woont in Aarle-Rixtel en is voorzitter van de vakgroep varkenshouderij van boerenorganisatie ZLTO.

(Bron: Brabants Dagblad, 12-2-'10)

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel