Hoe diep de kloof tussen agrarische sector en de maatschappij is, maakt de Q-koortsepidemie pijnlijk duidelijk. Nog voor de overheid eventueel enkele maatregelen in de strijd tegen de ziekte wil versoepelen, is het verzet al begonnen. Sterker, de indruk wordt gewekt alsof geitenhouders weer vrij spel zouden krijgen. Minister Klink (gezondheid) en collega Verburg (landbouw) overwegen slechts het fok- en aanvoerverbod op te heffen. Dan moeten de dieren op het bedrijf wel twee keer zijn gevaccineerd en mogen er geen epidemiologische redenen zijn de verboden te handhaven.

Ook tijdens de maanden van ruimingen meldden zich veel mensen met Q-koortsachtige verschijnselen. Onduidelijk is of de ziekte met de keiharde aanpak van de geitenhouderij wel uitgebannen kán worden. Er is immers nog altijd grote onzekerheid over de verspreiding.
Gemeenten zeggen dat het effect van de aanpak pas in 2011 zichtbaar zou worden – zonder onderbouwing. Ook andere organisaties wekken de indruk dat de landbouwlobby het (aanpassen van het) beleid zou bepalen en doordrukken. Zij drukken de zwaar getroffen geitenhouderij, die doet wat zij kan om de ziekte de baas te worden, zo nog verder in het verdomhokje. In plaats van partners met een gezamenlijk doel drijven de belanghebbenden uiteen – groter kan de kloof niet zijn.

(Bron: Agrarisch Dagblad, 24-3-'10)