Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

De Boerengroep is een kritische studentenorganisatie die al sinds 1971 een brug tracht te slaan tussen de landbouwtheorie en de landbouwpraktijk, oftewel tussen student en boer. Daarnaast streven we naar een gezonde en sociale landbouw. We doen dit onder andere door het organiseren van discussies, excursies, acties, interactief theater en het begeleiden van onderzoek. De Boerengroep maakt deel uit van Platform Aarde Boer Consument, een organisatie waarin kritische boerenorganisaties overleggen om te komen tot een beter landbouwbeleid.

Hieronder geven wij kort onze visie op de notitie “Boeren met toekomst” en de analyse van het burgerinitiatief door het Centraal Planbureau en het Milieu- en Natuurplanbureau.

Visie op het burgerinitiatief “Stop fout vlees”
Wij zijn enthousiast over het initiatief van Milieudefensie. Wat ons vooral aanspreekt is de integrale aanpak en de aandacht voor de primaire producent. Voor de milieubeweging is dit een ongekende en welkome toenadering tot de boerenstand.

De problematiek De boerengroep schaart zich achter de kritiek van milieudefensie op de huidige ontwikkelingen in de intensieve veehouderij. Met name de afname van het aantal (gezins)bedrijven en de enorme schaalvergroting van de resterende bedrijven wekt onze zorg. Volgens het CPB en MNP blijft het aantal bedrijven in de toekomst flink afnemen en de omvang van de overblijvers toenemen. Dit is al waarneembaar op het Nederlandse platteland. De kleine en middelgrote bedrijven maken plaats voor mega bedrijven (>500 NGE). Op dit moment worden vergunningen en dierrechten afgegeven voor de realisatie van bedrijven of agroparken met bijvoorbeeld 35.000 varkens en 1.300.000 kippen (Horst aan de Maas). Dit soort bedrijven worden weggestopt op industrieterreinen of in landbouwontwikkelingsgebieden (LOG’s), hebben een enorme invloed op hun omgeving, maar zijn nagenoeg onbereikbaar voor het publiek.

Door het verdwijnen van de kleine en middelgrote (gezins)bedrijven daalt de leefbaarheid van het platteland. Traditionele sociale structuren, voorzieningen en werkgelegenheid verdwijnen. Megabedrijven tasten daarbij het (leef)milieu aan door uitstoot van ammoniak, fijnstof en stank en intensieve vervoersbewegingen voor de aanvoer van uitgangsmateriaal en voeder en de afvoer van landbouwproducten en mest. Agroparken brengen ook een extra behoefte aan ongeschoolde arbeid met zich mee. Die is meestal niet in de directe omgeving beschikbaar. Dus moet een beroep gedaan worden op seizoenarbeiders van verderweg. Die hebben huisvesting nodig van een ander niveau dan meestal beschikbaar is.

Daarnaast zorgt het wegstoppen van megabedrijven op agroparken of industrieterreinen voor een fysieke en psychologische afstand tussen consumenten en hun voedsel. Deze komen zo nog verder van hun voedsel te staan en zijn steeds minder in staat zich een beeld te vormen van hun voedselproductie. Ze zijn alsmaar minder bereid om een reële prijs voor het voedsel te betalen. Ook wordt de landbouw steeds vaker geconfronteerd met onrealistische claims van burgers op het gebied van voedselveiligheid, dierenwelzijn en milieu.

Het steeds grootschaliger houden van dieren zorgt voor een constante daling van de prijzen voor voeding. Andere boeren wereldwijd merken hier de gevolgen van en worden hierin meegezogen. Het is voor hen een keuze: of nog goedkoper produceren (vaak door nog grootschaliger te gaan of in te leveren op milieu, arbeidsomstandigheden of dierenwelzijn) of stoppen.

De oplossingen
Om op de lange termijn de huidige problematiek rond dierenwelzijn en milieu, de teruggang van het aantal (gezinds)bedrijven in Nederland, en de uitputting van hulpbronnen en verstoring van lokale markten in het Zuiden structureel aan te kunnen pakken, stellen wij een aantal maatregelen voor:

  • Grondgebonden landbouw in harmonie met de omgeving
    Wij pleiten, net als Milieudefensie, voor een grondgebonden landbouw in harmonie met zijn omgeving. Als een veehouderij voor zijn eigen voer en mestafzet moet zorgen (i.t.t. tot soja-import, mestvergisting etc.) zal de veestapel moeten krimpen. We zien een halvering van de veestapel in de intensieve veehouderij door middel van een warme sanering als positief. Ook kunnen wij ons vinden in een omschakeling naar huisvestingssystemen die gericht zijn op meer dierenwelzijn en diervriendelijke stallen met uitloop naar buiten, zoals in de biologische veehouderij.
  • Geen structurele inkomenssteun maar eerlijke prijzen voor een eerlijk product
    Wij geloven echter niet in de voorgestelde structurele inkomenssteun voor boeren op lange termijn. Deze inkomenssteun maakt de boeren afhankelijk van overheidsbeleid dat iedere vier jaar herzien wordt. Structurele steun komt ook niet ten goede aan het imago van de landbouw en gaat in tegen de handelsovereenkomsten die gesloten zijn binnen de WTO. Net zoals Milieudefensie (en onze huidige minister van LNV in haar notitie “LNV-beleid in 2008”) vinden wij dat ingezet moet worden op kwaliteitsproductie in plaats van bulkproductie. Nederland bevindt zich midden in welvarend noord-west Europa, het ideale afzetgebied voor kwaliteitsproducten aangezien hier de vraag naar milieu,- dier- en boervriendelijke producten sterk groeiende is en een hogere prijs voor de meesten te betalen is. Deze hogere prijzen zullen dan direct ten goeden zullen komen aan, in eerste instantie boeren, en vervolgens ook de verwerkende industrie in Nederland.
  • De overheid als betrouwbare partner
    De overheid hebben we hierbij nodig. Als wetgever en handhaver voor een gezonde, dier- en milieuvriendelijke landbouw. Als pleitbezorger bij instanties als de EU en de WTO voor voedselsoevereiniteit, d.w.z. het recht van een land om zelf te bepalen wat men produceert, importeert en exporteert (zonder enige vorm van handelsverstorende subsidies) en een beter Gemeenschappelijk Landbouw Beleid. Omdat we te maken hebben met een Europese markt, zou de Nederlandse overheid bij de EU moeten pleiten voor het volgende het Europese beleid ten aanzien van de intensieve veehouderij:
    hernieuwde importheffingen aan de EU-grens op soja en ander veevoer, die nu een kostendekkende Europese duurzame veevoerproductie onmogelijk maakt;
    verhoging van dierenwelzijns- en milieueisen aan de veehouderij;
    voldoende hoge importheffingen op vlees (en eieren) die een milieu- en diervriendelijke productie in de EU mogelijk maakt, waarvoor veehouders kostendekkend betaald worden;
    afstemming van de Europese productie op de Europese consumptie, om (verkapte) dumping in ontwikkelingslanden te voorkomen.
    Deze maatregelen zullen leiden tot een eerlijke prijs aan de boer, voor dierlijke producten die voortaan op een milieu- en diervriendelijker wijze worden geproduceerd. Deze wordt betaald door de consument, die geen mogelijkheden meer heeft producten te kopen die niet aan deze hoge standaarden te voldoen. En tenslotte als steun voor ondernemers die een andere weg willen bewandelen dan die van goedkope bulkproducten. Met andere woorden, een overheid als betrouwbare partner op weg naar een gezonde en sociale landbouw!
Al met al vinden wij de voorzet van milieudefensie bewonderenswaardig en we willen deze graag, net als ruim 100.000 andere burgers steunen. Echter, de plannen zijn nog lang niet perfect en volledig. Milieudefensie is ook niet de aangewezen organisatie om alles (landbouwtechnisch, economisch, etc.) alleen uit te denken. Wij pleiten er dan ook voor om gezamenlijk met alle partijen niet alleen kritiek op deze voorzet te spuien, maar samen te trachten tot een constructief plan voor de Nederlandse landbouw te komen.
Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel