Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Den Haag - Niet de overheid, maar de markt moet verbeteringen brengen voor het dierenwelzijn. Dat zegt de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA) in een advies aan staatssecretaris voor Landbouw.

Lees meer...

Feitelijk is het standpunt van de Raad voor Dierenaangelegenheden onzin. Het is gebaseerd op een mythe. De acties van veeboeren tegen de verslechtering van de contracten toont dat wel aan. "Vrijhandel" ofwel "de vrije markt" leidt alleen maar tot een "race to the bottom", waar het de prijs van de producten betreft. Als de markt al zijn werk zou kunnen doen, dan zou er sprake moeten zijn van gelijkwaardige productieomstandigheden. Maar die zijn er niet. Er bestaan verschillen tussen boeren in Nederland onderling en met boeren over de grens. Het "speelveld" verschilt sterk van plaats tot plaats. Verschillen in kosten van arbeid, marktsituaties, bedrijfsgrootte, wet en regelgeving (zowel landelijk als lokaal) en toegepaste technologie. Concurrentie op productiekosten - zoals feitelijk aan de orde is - levert in de landbouw weinig winnaars en veel verliezers, de laagste prijzen zijn immers maatgevend. Een ander punt dat marktwerking vrijwel onmogelijk maakt: je kunt je aanbod moeilijk afstemmen op de vraag. Productieplanning is in zo'n situatie moeilijk. Boeren moeten inkomenszekerheid krijgen en dat kan alleen doordat de overheid zorgt voor ordening van die markt. Daarbij gaat het om productiebeheersing, het binnen bepaalde marges houden van het aanbod, bijvoorbeeld door productiequotering. Tenslotte moeten eisen op het gebied van milieu, voedselkwaliteit én dierenwelzijn óók gelden voor importproducten. Dan is er sprake van een gelijk speelveld!

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel