Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Den Haag – SP-Kamerlid Henk van Gerven komt met een initiatiefnota (zie bijlage) om de effecten van de veehouderij voor de volksgezondheid te verminderen. Van Gerven vindt dat er te weinig maatregelen worden genomen om zoönosen, zoals de grootschalige uitbraak van Q-koorts, te voorkomen.

Hij wil dat gezondheidsaspecten van veebedrijven worden geborgd in wetgeving. Hiervoor heeft Van Gerven zeven voorstellen. In de eerste plaats wil hij dat er uit voorzorg een verbod kan worden ingesteld op de nieuwbouw of uitbreiding van veehouderijbedrijven als er een ernstige bedreiging is voor de volksgezondheid. Daarnaast vindt de politicus dat gezondheidsrisico’s moeten worden erkend als belangrijk toetsingscriterium voor bijvoorbeeld bestemmingsplannen. Er komt een maximum endotoxine-niveau van 30 EU/m3 voor heel Nederland. Daarnaast komt er een minimumafstand tussen veehouderij en bewoning. Hierbij wil Van Gerven de norm van de GGD aanhouden; 250 meter. De norm geldt voor alle nieuwbouw. “Ook bestaande bedrijven die een knelpunt vormen moeten op basis van deze regel verplaatst kunnen worden”, vindt Van Gerven. De politicus wil ook de geurwet aanscherpen, door cumulatieve effecten verplicht te toetsen. De SP'er wil tevens dat verspreiding van ziekteverwekkers actief wordt tegengegaan en dat het onderzoek naar de gezondheidsrisico’s van zoönosen en endotoxinen rondom veebedrijven wordt geïntensiveerd.

Van Gerven komt met zijn voorstel terwijl staatssecretaris Sharon Dijksma van landbouw ook bezig is met het bekijken van de gezondheidseffecten van de veehouderij. Uit het onderzoek van de Gezondheidsraad blijkt dat het niet mogelijk is om generieke maatregelen te nemen. Van Gerven vindt dat dit op basis van het voorzorgsprincipe wel nodig is.

Toon van Hoof, portefeuillehouder diergezondheid van LTO Nederland, vindt dat een afstandsnorm tussen veehouderijbedrijven en burgers een schijnzekerheid vormt. “Het gaat er vooral om hoe en boer te werk gaat. Hij kan nog zo’n mooie stal hebben, als hij niet netjes werkt, kan het een risico zijn voor de volksgezondheid. Gezondheid voor de omgeving begint in de stal, bij gezondheid van het vee”, zegt Van Hoof. Hij vindt het vervelend dat de indruk wordt gewekt dat volksgezondheid voor veehouders ondergeschikt is aan economische belangen. “Als er iemand belang heeft bij volksgezondheid is het de boer omdat hij en zijn gezin en medewerkers er direct mee te maken hebben”, zegt hij.

Ook Dick Heederik van het IRAS van de Universiteit Utrecht zegt dat een generieke afstandsnorm niet zinvol is. Hij vindt dat er naar bedrijfsspecifieke omstandigheden moet worden gekeken. Henk Jans, Milieuarts vindt dat 250 meter afstand een fatsoensnorm is. “Je gaat toch met je wc ook niet in de tuin van de buren zitten?”

Van Gerven gaat de initiatiefnota in november officieel indienen. Hij verwacht dat PvdD en PvdA zijn voorstel in ieder geval zullen steunen.

(Bron: Boerderij, Mariska Vermaas, 6 september 2013)

Behoud de Parel