Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Vereniging Behoud de Parel heeft bezwaar gemaakt tegen het voornemen van de provincie om een vergunning te verlenen aan het Nieuw Gemengd Bedrijf (NGB) krachtens de Natuurbeschermingswet. Het gaat om het deel van Kuijpers Kip (1,2 miljoen kippen, een mestverwerkingsinstallatie en een slachterij aan de Witveldweg 35 te Grubbenvorst).

Het provinciebestuur stelt zich op het standpunt dat de nieuwvestiging van de veehouderij met de bijkomende uitstoot van amoniak toelaatbaar is omdat deze zouden worden gecompenseerd door de intrekking van milieuvergunningen van elders gelegen bedrijven rond de betrokken natuurwaarden. De saldogevende bedrijven betreffen de Blaktweg 12a te Melderslo en de Laagheide 9 te Grubbenvorst. De provincie noemt dat (extern) salderen. Volgens Behoud de Parel is dat het zelfde als water naar de zee dragen. Met het intrekken van milieuvergunningen wordt (nagenoeg) niets bereikt. Zo laat de provincie Heideveld BV als saldogevend bedrijf optreden. terwijl het allesbehalve de bedoeling is dat dat bedrijf de bedrijfsvoering staken. Heideveld BV is namelijk het varkensdeel van het NGB, dat gaat uitbreiden naar 35.000 varkens! Overigens bestaat er ook geen wettelijke bevoegdheid om te salderen.

Aantasting natuurgebieden door amniakuitstoot Intensieve veehouderij blijft doorgaan
In haar zienswijze op het ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg stelt Valentijn Wösten, de jurist van Behoud de Parel, dat de minister van LNV eerder heeft erkend dat sinds 2002/2003 de uitstoot van amoniak niet langer afneemt. CBS heeft vastgesteld dat in de afgelopen 8 jaar de veestapel nagenoeg gelijk is gebleven. De relatie tussen het gelijk blijven van de omvang van de veestapel enerzijds en anderzijds het dierrechtenstelsel en melkquotum en het feit dat de omvang van de veestapel niet wordt gereguleerd via de Wet milieubeheer en Natuurbeschermingswet leidt er toe dat de eerder geconstateerde problemen (die de reden waren om de Natuurbeschermingswet in te voeren) niet opgelost worden.

Beleid om amoniakuitstoot terug te dringen faalt
Nadat vastgesteld moet worden dat zowel de ammoniakemissies alsook de omvang van de veestapel de laatste jaren gelijk zijn gebleven, geldt nog de vraag of bedrijfsverplaatsing wellicht oplossingen kan bieden (door een grotere afstand te creëren tussen emissiebronnen -de veehouderijbedrijven- en kwetsbare natuurgebieden. Milieuwetenschappelijk is reeds in de jaren negentig vastgesteld dat op een afstand van 1000 meter slechts ca. 20% van de ammoniakemissies zijn neergeslagen. Op 100 kilometer blijkt pas minder dan 60 % van de emissies te zijn neergeslagen (rapport 'Effecten van ammoniak op de Nederlandse natuur', Alterra 2008, in opdracht van het ministerie van het Ministerie van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieu en het ministerie van LNV). Kortom, het verplaatsen van veebedrijven is geen wezenlijk middel om de overbelasting van ammoniakdeposities aan te pakken. Het effect van bedrijfsverplaatsing is marginaal. En daar boven op mag nog geconsteerd worden dat het stalemissiereductiebeleid toenemend van marginale betekenis is.

Bureaucratisch "pesten"
In haar zienswijze merkt de jurist van Behoud de Parel op dat het per mailbericht opvragen van de stukken met betrekking tot de vergunningaanvraag toe te sturen in eerste instantie geweigerd is. "In welke tijd leeft het provinciebestuur van Limburg? U wekt de indruk het opwekken van onnodige weerstand tot vast onderdeel van uw communicatiebeleid te hebben verheven", zo stelt Behoud de Parel.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel