Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Trudy van Megen, projectleidster van het Nieuw Gemengd Bedrijf (NGB), het mega varkens- en kippenbedrijf nabij Grubbenvorst, probeert het met alle macht te bestrijden. Daarbij gebruik makend van onderzoeksgegevens, die door verschillende arts-microbiologen als voorbarig bestempeld worden. Er heeft dan ook behoorlijke tijd een stevige polemiek gewoed tussen enerzijds een vijftigtal artsen in de regio Noord-Limburg en de initiatiefnemers van het NGB. De laatsten zeggen verbijsterd te zijn over de waarschuwingen die de artsen geven met betrekking tot de gezondheidsrisico's van fijnstof en MRSA (de beruchte ziekenhuisbacterie). Volgens de ondernemers willen de artsen de bevolking angst inboezemen. De artsen zien het als hun taak de overheid tijdig te waarschuwen als zij op basis van hun praktijkbevindingen en wetenschappelijk medisch onderzoek gezondheidsrisico's signaleren. De ondernemers en het college van B&W van de gemeente Horst aan de Maas lijken die risico's te willen bagatelliseren.

In november 2008 heeft drs.Berkhout overleg gehad met drs. Wulf, artsmicrobiologe bij PAMM in Eindhoven en specialiste op gebied van MRSA. Drs. Wulf verricht specifiek onderzoek naar de zogenaamde varkens-MRSA (V-MRSA). Beiden zijn lid van de werkgroep V-MRSA.

Het CiB (Centrum Infectieziekten Bestrijding, onderdeel van het RIVM) verricht samen met een aantal andere groepen in het land (VWA, faculteit Diergeneeskunde Utrecht, Gezonde Dieren etc.) onderzoek naar de V-MRSA, in het samenwerkingsverband SOM.

De eerste data van het onderzoek worden nu bekend, maar zijn nog niet volledig openbaar. Bijvoorbeeld de data over de besmetting in kalverbedrijven zijn nog niet gepubliceerd.
Dier gerelateerde MRSA (type ST 398) kan overgedragen worden op mensen en kan ook infecties geven. Tot nu toe zijn met name wondinfecties gezien, luchtweginfecties en ook een endocarditis (ontsteking aan hart).

Besmettingen binnen families, maar ook tussen patiënten in ziekenhuizen, met de varkens-MRSA zijn bekend. Dragerschap van en infecties met dit type MRSA komen met name voor bij mensen in contact met varkens en vleeskalveren en familieleden van deze mensen. Er is een geval van kippenmest beschreven met de V-MRSA in Nederland, internationaal zijn er meer publicaties over MRSA en kippen, dus het is niet uitgesloten dat het bij kippen voorkomt.

In een recent gepubliceerd onderzoek was de helft van de varkensbedrijven positief. (2: Methicillin-resistant Staphylococcus aureus in people living and working in pig farms. Epidemiol Infect, 2008 Oct 24:1-9. Van den Broek IV, Van Cleef BA, Haenen A, Broens EM, Van der Wolf PJ, Van den Broek MJ, Huijsdens XW, Kluytmans JA, Van de Giessen AW, Tiemersma EW.

MRSA positieve bedrijven komen in de hele varkensproductiecyclus voor (Transmission of methicillin-resistant Staphylococcus aureus strains between different kinds of pig farms.Vet Microbiol. 2008 Jan 25;126(4):383-9. Van Duijkeren E, Ikawaty R, Broekhuizen-Stins MJ, Jansen MD, Spalburg EC, De Neeling AJ, Allaart JG, Van Nes A, Wagenaar JA, Fluit AC.).

Tot nu toe zijn er nog geen gegevens over hoe een positief bedrijf weer MRSA-negatief zou kunnen worden. Ook zijn er nog geen data bekend over verspreiding buiten stallen via mest of lucht. In de Verenigde Staten is verspreiding via de lucht van bacteriën vanuit stallen beschreven, het grote verschil is wel dat hier sprake is van halfopen stallen.

Bij eigen metingen op 2 bedrijven was de concentratie MRSA van de lucht in de stallen zeer hoog. Het zou daarom goed zijn metingen in de omgeving van stallen te doen, echter niet alleen van de lucht maar ook bijvoorbeeld van mest en grond. Het is nog niet duidelijk hoe mensen die in stallen werken zich zouden kunnen beschermen tegen deze V-MRSA en dat zal zeker lastig zijn bij de hoge concentraties die in de stallen worden gevonden. Bij een internationale studie onder dierenartsen bleek het dragen van handschoenen en maskers niet te beschermen tegen kolonisatie. Kolonisatie is weliswaar geen ziekte, maar er zijn onderzoeken die zeggen dat dragers in hun leven ca 30% kans hebben om ook echt een infectie te krijgen.

MRSA kan lang in de omgeving aanwezig blijven. Bij ontsmetting in het ziekenhuis moet de hele kamer goed ontsmet worden en de ruimte een tijd tot rust komen, zodat alle stofdeeltjes gezakt zijn. Pas dan kan een effectieve ontsmetting plaats vinden. In stallen zal dat vele malen moeilijker zijn.

In onze regio zijn mensen gekoloniseerd met varkens-MRSA, m.a.w. ze zijn drager van de bacterie zonder dat ze tussen varkens wonen of werken. We denken dat dit komt door de vele varkens in deze regio. Ook in regio Den Bosch en Eindhoven speelt dit en worden er incidenteel ook infecties met V-MRSA gevonden bij mensen zonder contact met varkens en/of vleeskalveren, maar die bijvoorbeeld wel in landelijk gebied wonen of daar een verwonding opgelopen hebben.

Tot nu toe wordt van deze MRSA-stam gezegd dat hij zich mogelijk minder makkelijk verspreidt, maar ook MRSA-stammen kunnen evolueren. Het duurt gemiddeld 10 jaar voordat duidelijk wordt hoe makkelijk een bacterie zich verspreidt en of deze stam epidemieën bij mensen geeft en additionele virulentie factoren op kan pikken. De V-MRSA in Nederland is zich pas enkele jaren aan het ontwikkelen. We zien pas in de loop van de tijd hoe agressief de bacterie wordt. In Engeland werd in de jaren ’60 ook een hele tijd gedacht dat de ontstane MRSA geen probleem zou geven maar daar heeft de geschiedenis aangetoond hoe fout die aanname was. In de afgelopen jaren (2002-2006 vs 2007-2008) lijkt de stam resistenter te worden voor antibiotica.

KORTOM: varkens-MRSA kan net als gewone MRSA door contact, maar ook via de lucht verspreiden. Het is niet uitgesloten dat ook buiten de stal mensen besmet worden. De consequenties voor de volksgezondheid en de zorg in met name het ziekenhuis kunnen een groot probleem worden als deze stam zich verder in de bevolking verspreidt. Tevens staan werknemers in de sector bloot aan besmetting met deze bacterie. Hoe agressief de bacterie in de toekomst wordt, weten we niet. Het is de taak van de artsen dit risico zo laag mogelijk te maken, goede adviezen te geven en preventief te werken. De politiek moet hier wel naar luisteren.

Welk risico moeten we nu accepteren? De bio-industrie moet duidelijker aantonen dat het nuttig is en welk risico het geeft. Een potentieel reëel gezondheidsrisico puur voor geldelijk gewin van enkele ondernemers, waarbij de gezondheidszorg de kosten van de ellende moet dragen, is niet goed te praten.

Tot slot nog enkele getallen:
0,03%-0.08% van Nederlandse bevolking is besmet met MRSA (alle types).
3-5% van de mensen die in het buitenland ziek zijn geworden, zijn besmet met ziekenhuis-MRSA. Hiervoor zijn de landelijke richtlijnen zeer streng. Dit geeft aan in welk licht je alles moet zien.
20-50% van de werkers binnen een varkensbedrijf is besmet in Nederland.
5% van de dierenartsen is besmet.
5% van de familie in het onderzoek is besmet. Dit is niet gering en moet niet genegeerd worden. Dit is nog steeds meer dan 100 maal zoveel dan de rest van de bevolking en vergelijkbaar met de getallen van patiënten uit het buitenland.
Het aantal MRSA stammen dat naar het nationale referentie laboratorium werd gestuurd, is met 36% gestegen, dit komt grotendeels voor rekening van de toename met V-MRSA (29%) (bron: Nethmap 2008)

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel