Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Al in augustus 2020 publiceerde de Regionale UitvoeringsDienst Zuid-Limburg (RUD-ZL) een rapport over de luchtkwaliteit in Limburg (zie bijlage). Hoewel het er op lijkt dat de kwaliteit van de lucht in Limburg verbeterd, is er nog veel te doen. Dat geldt overigens niet alleen voor de luchtkwaliteit, maar ook voor de rapportage van de RUD-ZL. In dit artikel een paar opmerkelijke constateringen en enkele kritische kanttekeningen.

De lokale luchtkwaliteit in Limburg wordt al sinds de jaren ’80 gemeten en bijgehouden. De resultaten van de luchtkwaliteitsmetingen geven een beeld van de lokale concentraties en het verloop hiervan in de tijd. Het huidige meetnet geeft informatie over de luchtkwaliteit op 11 locaties in Limburg. Overigens staan die provinciale meetpunten voornamelijk in Zuid-Limburg. Logisch, want de RUD Zuid-Limburg dat werkt in opdracht van 16 Zuid-Limburgse gemeentes en de provincie houdt zich van oudsher voornamelijk bezig met de situatie in Zuid Limburg. De RUD-ZL heeft nauwe bindingen en overeenkomsten met NRWF (Dld) en
Belgische milieudienst. Deze diensten richten zich op verkeer, het vliegverkeer (luchthaven Maastricht, Luik en Aken) en de Belgische industrie. Dat blijkt ook wel uit de rapportage van de RUD-ZL. Uitstoot van de Intensieve Veehouderij, waar Noord-Limburg mee kampt, blijft in het rapport volledig buiten beeld.

De geplaatste 11 meetstations zijn in beheer bij zowel de RUD-ZL (in opdracht van gemeenten en Provincie Limburg) als het RIVM. De stoffen die worden gemeten zijn Stikstofdioxide (NO2), fijnstof (PM10, PM2.5), roet en smog (ozon O3) en op een enkele locatie nog zwaveldioxide (SO2). De Provincie Limburg neemt via de RUD-ZL deel aan de landelijke website Luchtkwaliteit (https://www.luchtmeetnet.nl/) samen met het RIVM, DCMR, GGD A’dam, de omgevingsdiensten OMWB (Prov. Noord-Brabant) en ODRA (Prov. Gelderland). Daarnaast is er een Limburgse website voor luchtkwaliteit waar deze informatie wordt getoond (https://www.luchtmeetnet-limburg.nl/).

Kwaliteit van de lucht in Limburg
De gemeten jaargemiddelde concentraties van de luchtverontreinigende componenten vertonen een langjarige daling. Gerelateerd aan de Europese normen is de luchtkwaliteit in Limburg de afgelopen jaren in het algemeen redelijk tot goed. Gerelateerd aan de WHO advieswaarden, die lager liggen dan de grenswaarden, is gericht werken aan verbetering van de luchtkwaliteit nog steeds van belang. Het is opmerkelijk dat de RUD refereert aan de advieswaarden die de Wereldgezondheids-organisatie WHO. Deze advieswaarden gepubliceerd in 2005 zijn aanmerkelijk scherper dan de normen die "Europa" en de daarvan afgeleide Nederlandse wetgeving hanteert. Het rapport van de RUD-ZL stamt uit 2020. In 2021 heeft de WHO de advieswaarden echter belangrijk naar beneden (soms zelfs gehalveerd) bijgesteld.
De gemeente Horst aan de Maas verwijst - als het om de luchtkwaliteit bij plannen voor bijvoorbeeld IV-bedrijven gaat - voortdurend naar de wettelijke normen en wijst de WHO-normen af als toetsingscriterium. Vereniging Behoud de Parel heeft daar al vaker op gewezne, tot nu toe echter zonder effect. Daarin zou op korte termijn verandering moeten komen. Want de gemeente Horst aan de Maas heeft - net als veel andere gemeenten - het zogenaamde Schone Lucht Akkoord ondertekend en conformeert zich daarmee aan het doel om vóór 2030 wél te voldoen aan de WHO-advieswaarden. Ondertussen worden de WHO-advieswaarden voor PM2,5 in Nederland in stedelijke gebieden bijna nergens gehaald. De EU normen stammen uit 2008.

Stikstofdioxide (NO2) als belangrijke indicator voor de luchtverontreiniging door verkeer laat op regionale en stads(achtergrond)stations in Limburg de afgelopen jaren geen overschrijdingen van de EU-norm of de WHO- advieswaarde zien. Er is een langdurige dalende trend. Op drukke verkeerslocaties komen nog hoge concentraties voor.
Fijnstof (PM10). De fijnstof- luchtkwaliteit is de afgelopen decennia sterk verbeterd. De wettelijke fijnstof norm voor PM10 wordt op de meetlocaties nergens meer overschreden. In het nieuwe Schone Lucht Akkoord (SLA) van de rijksoverheid met gemeenten en Provincies staat de ambitie om de WHO-doelstellingen in 2030 te bereiken. De WHO-advieswaarde uit 2005 voor PM10 (20 µg/m3) is in Limburg zijn weliswaar bijna gehaald. Maar de WHO advieswaarden uit 2021 van 15  µg/m3 maar nauwelijks meer.
Fijnstof (PM2.5). Aan de EU-grenswaarde van 25 µg/m3 wordt voldaan. Voor de streefwaarde die in het Schone Lucht Akkoord (SLA) wordt genoemd, de WHO-advieswaarde voor PM2.5 van 10 µg/m3 in 205 en 5 µg/m3 na 2021, zijn aanvullende bronmaatregelen nodig.
Deze opmerking klinkt min of meer geruststellend, maar is het duidelijk zeker niet (meer)!  De huidige situatie vraagt - zeker in Noord-Limburg met zijn Intensieve Veehouderijen - actie.
Dat is des te belangrijker, omdat PM2,5 veel dieper in de longen doordringt en daarom veel schadelijker is voor de gezondheid.

De gemeente Horst aan de Maas heeft plannen om - samen met andere gemeenten en onder andere ook Behoud de Parel - een meetnet te ontwikkelen onder de noemer van "Grenzeloos Meten". Een belangrijk initiatief. Ook gezien vanuit het oogpunt van de door de gemeente nagestreefde doelstelling om de "Gezondste Regio" van Nederland te worden. Vanuit Behoud de Parel wordt steeds benadrukt dat een meetnetwerk wel aardig is, maar "meten" heeft geen nut, als daar geen concrete actie aan verbonden wordt. En dat wordt nog steeds gemist, ondanks de eind vorig jaar aangenomen Visie Veehouderijen en het daarop gebaseerde uitvoeringsplan (lees hier het artikel over die visie).
Roet. Zwarte rook of roet is een onderdeel van fijnstof, en heeft een sterk negatief gezondheidseffect. In de steden en langs snelwegen bedraagt deze waarde tussen de 1 en 3 µg/m³. Voor elke extra 0,5 microgram roet per kubieke meter lucht waar mensen langdurig aan bloot staan leven die mensen gemiddeld drie maanden korter. De roetmetingen in Limburg worden tot nu toe alleen uitgevoerd in Maastricht voor de gemeente Maastricht en in Heerlen door het RIVM ivm het verkeer. De verkeersmaatregelen in Maastricht hebben sinds 2016 zeer positieve effecten op de roetconcentraties en daarmee op de gezondheid van omwonenden.
Zwaveldioxide (SO2). Er is voor zwaveldioxide (SO2) al jaren een dalende trend waar te nemen, zowel in Limburg, Nederland als in de EU. Er worden geen grenswaarden overschreden, de concentraties zijn stabiel en erg laag. Het aantal SO2 meetlocaties is om die reden regionaal en landelijk verminderd. Ook de provincie Limburg stopt in 2020 met het meten van SO2.
Smog. Periodes van verhoogde luchtverontreiniging worden smog genoemd. In theorie kunnen stikstofdioxide en zwaveldioxide ook smog veroorzaken. In de praktijk ontstaat smog alleen door fijnstof en Ozon. Smog door fijnstof en ozon zijn beide sterk afhankelijk van weersomstandigheden. De laatste jaren schommelt het aantal matige smogdagen in Limburg op de meetpunten tussen de 5 en 15 dagen per jaar.

In 2014 is door de Provincie het aantal ozon-monitoren van één naar vier uitgebreid, om samen met de fijnstof metingen te kunnen voldoen aan de vraag om Smog in Limburg beter te kunnen volgen en vroegtijdig te kunnen signaleren. De provinciale luchtkwaliteitssite (http://www.luchtmeetnet-limburg.nl/) is hierop aangepast en het is mogelijk je te abonneren op het provinciale smogalert per email.

Ondanks de vermeende vooruitgang die het rapport signaleert, blijft echte actie - meer dan alleen meten - dus hard nodig, vooral als vóór 2030 de doelstellingen behaald moeten zijn volgens het Schone Lucht Akkoord. Met alleen meten - zoals de gemeente Horst aan de Maas vooralsnog van plan is - ben je willens en wetens te laat.

Kanttekeningen
Een belangrijke andere kanttekening is dat de provinciale metingen in feite uitbreidingen in Zuid Limburg zijn tav de landelijke meetstations. Dat is op zich voldoende om een indruk te krijgen van de situatie in Limburg in het algemeen, maar niet ten aanzien van de lokale situatie van de direkte omwonenden van bijv. de Intensieve veehouderijen in Noord-Limburg, de regio waar de IV juist geconcentreert aanwezig is. In het rapport wordt slechts enkele keren gemeldt dat omwonenden van intensieve veeteelt bedrijven meer last hebben van de slechte luchtkwaliteit (en ook van de ziekteverwekkers, die aan de uitstoot verbonden is).
Verder beperkt het rapport zich puur tot luchtkwaliteit. Maar dat behelst slechts een klein deel van de leefbaarheid. Alle reden om je af te vragen of het niet goed zou zijn om een jaarrapportage te schrijven over die algemene leefbaarheid, zeker in het kader van Gezondste Regio. Maar of het daar van komt?
Tot nu toe hobbelt de gemeenteraad en het College van B&W van Horst aan de Maas maar verder, zonder al te veel ambitie. Wellicht dat de raadsverkiezingen op 16 maart a.s. een nieuw elan met zich meebrengen? Maar gezien het stemgedrag van de partijen die nu vertegenwoordigd zijn in de gemeenteraad (buiten de SP, maar die doet in Horst aan de Maas helaas niet mee bij deze verkiezingen) vraag je je af of je optimistisch gestemd mag zijn...

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel