Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

Ziekenhuisbacterie in de bio-industrie


Bio-industrie krijgt de rekening gepresenteerd

In Nederlandse varkensstallen wordt massaal de ziekenhuisbacterie MRSA gesignaleerd. Een moeilijk te bestrijden en zeer besmettelijke bacterie, die levensbedreigend is voor mensen, omdat bestaande antibiotica niet meer helpen. Voorheen kwam deze bacterie alleen voor in ziekenhuizen.

Maar nu de varkensstallen er vol mee zitten, worden boeren en hun familie besmet. Artsen vrezen dat deze varkenshouders de bacterie verspreiden onder de bevolking. De varkensindustrie praat er liever niet over, uit vrees voor economische consequenties.

In ZEMBLA het verhaal van varkensboer Van den Heuvel. Een open hartoperatie bij zijn dochter moest twee weken worden uitgesteld, omdat zij besmet was met de MRSA-bacterie. Sindsdien is hij hard geconfronteerd met de gevolgen van de MRSA onder zijn varkens.

Zijn hele gezin was besmet en het blijkt nauwelijks mogelijk om daar vanaf te komen. Van den Heuvel erkent te hebben getwijfeld of hij mee moet doen aan het openbaar maken van het MRSA-probleem vanwege de economische consequenties voor zijn bedrijf. Maar uiteindelijk wint bij hem het belang van de volksgezondheid.

In ZEMBLA worden de resultaten bekendgemaakt van een onderzoek naar de MRSA in varkensvlees. Ook de gevolgen voor de ziekenhuizen in de omgeving van de intensieve varkenshouderij en het personeel daarvan komen aan de orde. De oorzaak van de MRSA-bacterie in de varkensstal wordt gezocht in het antibioticagebruik van de boeren. In 2005 werd 500.000 kilo antibiotica gebruikt in de veehouderij.

Omdat de overheid weet dat overmatig gebruik van antibiotica resistentie veroorzaakt, probeert ze met strenge wetgeving het gebruik af te remmen. Maar uit de meest recente cijfers blijkt dat het nog steeds stijgt. Deze uitzending was bij ZEMBLA op zondag 17 december om 22.15 uur te zien bij de VARA/NPS op Nederland 3.

Bekijk de uitzending


De feiten

  • in 2005 werd 500.000 kilo antibiotica gebruikt
  • van de onderzochte boeren had 50% deze bacterie al bij zich
  • ziekenhuispersoneel met agrarische contacten worden niet verplicht getest
  • VWA gaat pas in de loop van volgend jaar varkensvlees onderzoeken, ondertussen gaan besmettingen dus gewoon door
  • Al in zomer 2006 was VWA op de hoogte gebracht van dit probleem door Dr. J.A.J.W. Kluytmans van het Ignatius Ziekenhuis in Breda
  • Wie kunnen deze bacterie verder verspreiden?

    - Familieleden en bezoekers van varkensboeren
    - Slagers
    - Vertegenwoordigers die boeren bezoeken
    - Veeartsen
    - Leverancier van veevoederbedrijven
    - Transporteurs die varkens vervoeren
    - Medewerkers van slachthuizen

Overheid reageerde nauwelijks op dreiging voor de Volksgezondheid

Partij voor de Dieren stelt kamervragen over MRSA besmetting onder varkenshouders

De Partij voor de Dieren heeft kamervragen gesteld over MRSA besmetting onder varkenshouders, zoals die blijkt uit de uitzending van Kassa van gisteren en de vandaag uit te zenden Zembla documentaire.

Het grootschalige gebruik van antibiotica in de varkenshouderij lijkt een gevaar voor de volksgezondheid te vormen. Maart 2006 kwam er een alarmerende brief van directeur Coutinho van het Centrum Infectieziektenbestrijding dat varkens en varkenshouders op grote schaal besmet zijn met de gevaarlijke multiresistente MRSA bacterie. Hoewel de Voedsel en Waren autoriteit begin dit jaar ook al waarschuwde voor het toegenomen veterinaire gebruik van antibiotica in de veesector en het ontstaan van gevaarlijke zoönotische pathogenen, heeft de overheid nauwelijks gereageerd op de dreiging voor de Volksgezondheid. Uit een steekproef van Zembla bleek dat ook 2,5% van het onderzochte varkensvlees in de winkels besmet was met de MRSA bacterie. Jaarlijks zijn er ongeveer 1.500 mrsa besmettingen in ons land. De mrsa bacterie blijkt voor te komen bij 39% van de slachtvarkens in Nederland, zo bleek eerder dit jaar uit een eerste verkenning van de voedsel- en warenautoriteit.

Uit een aanvullende steekproef onder varkenshouders bleek dat 23% van de onderzochte varkenshouders besmet was met het ‘varkenstype mrsa’. Vergelijkbaar onderzoek in Frankrijk kwam tot soortgelijke uitkomsten. Het Centrum Infectieziektenbestrijding van het RIVM doet onderzoek naar de vraag of mensen de varkens-MRSA op andere mensen kunnen overbrengen. Uit voorzorg worden bij veel ziekenhuizen al speciale hygiënische maatregelen genomen bij ziekenhuisopname van patiënten die in contact staan met varkens.

Het antibioticagebruik in de Nederlandse veesector is extreem hoog. Uitgegaan wordt van een jaarlijks verbruik in Nederland van 400.000 kilogram antibiotica. Een land als Denemarken gebruikt naar schatting vier keer minder. Eerdere maatregelen tot beperking werkten averechts en leidden slechts tot een toename van het verbruik. Een verbod op enkele soorten antiobiotica leidde slechts tot een toename van het algehele verbruik. Een verbod op preventief gebruik per 1 januari 2006 leidt nu tot een zeer snelle stijging van het veterinaire gebruik van antibiotica, zo meldde de VWA op 6 januari j.l. De VWA waarschuwt voor het ontstaan van multiresistente zoönosen, voor mensen gevaarlijke ziektes in (landbouw)dieren. Eerder bleek uit onderzoek van CIDC-Lelystad dat campylobacter in snel tempo resistent aan het worden is tegen het antibioticum campylobacter. Deense onderzoekers ontdekten salmonella bacteriën die al resistent waren tegen 11 soorten antibiotica.


MRSA-beleid voor ziekenhuizen aangescherpt

Personen die beroepsmatig contact hebben met varkens of kalveren blijken vaker drager te zijn van de MRSA-bacterie. Al eerder bleek dat varkens vaak besmet zijn met MRSA. De Werkgroep Infectiepreventie (WIP) heeft het MRSA-beleid voor ziekenhuizen en verpleeghuizen bijgesteld. Recent is bekend geworden dat varkens vaak besmet zijn met MRSA en nu blijkt dat beroepsmatig contact met deze varkens kan leiden tot overdracht van MRSA naar de mens. Van de onderzochte slachtvarkens had ongeveer 40% MRSA. Nader patiëntcontroleonderzoek bij 26 varkenshouders toont aan dat 6 van hen MRSA-drager zijn. Er zijn ook aanwijzingen dat personen die nauw contact hebben met vleeskalveren vaak besmet zijn met MRSA. Uit een onderzoek van het Universitair Medisch Centrum Nijmegen bleek van de 180 onderzochte (student-)dierenartsen bijna 4% MRSA te hebben

http://www.rivm.nl/infectieziektenbulletin/bul1709/ber_beleid.html


Veel gestelde vragen over MRSA bij varkens

MRSA komt voor bij Nederlandse varkens. Deze bacterie lijkt sterk op de ziekenhuisbacterie. Onlangs bleek uit een onderzoek van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) en het Centrum Infectieziektebestrijding van het RIVM dat zo’n veertig procent van de varkens MRSA heeft. Uit ander onderzoek is gebleken dat personen die beroepsmatig nauw contact hebben met varkens of kalveren, vaak besmet zijn met MRSA Er is nog geen onderzoek gedaan naar het voorkomen van MRSA bij kalveren.

http://www.rivm.nl/gezondheid/infectieziekten/factsheet_MRSA_bij_varkens.jsp


Minister Veerman al in maart 2006 op de hoogte

Brief van de VWA aan minister Veerman van het ministerie van LNV.

http://www.minvws.nl/images/pg-2671128c.doc_tcm19-113723.pdf


MRSA-beleid voor ziekenhuizen aangescherpt

Alle ziekenhuizen in Nederland zullen vanaf vandaag aan de patiënten vragen of zij
beroepsmatig in direct contact komen met levende varkens op varkensbedrijven (zoals varkenshouders, dierenartsen/veeartsen, medewerkers van slachthuizen etc.). Deze patiënten zullen voorafgaande aan de behandeling of opname éérst op MRSA getest worden en indien nodig op een 1-persoonskamer met hygiënemaatregelen worden verpleegd. Dit geldt ook voor alle personen die op een varkensbedrijf wonen.

Personen die beroepsmatig nauw contact hebben met levende vleeskalveren (zoals
kalverhouders, dierenartsen/veeartsen, medewerkers van slachthuizen etc.) worden bij behandeling of opname in een ziekenhuis op MRSA getest (in het kader van onderzoek), maar niet apart verpleegd. Nader onderzoek moet uitwijzen hoe
groot de risico’s voor deze beroepsgroep precies zijn.

http://www.knmvd.nl/uri/?uri=AMGATE_7364


LTO deed waarschuwingen begin 2006 af als voorbarig....

De waarschuwing voor de massale aanwezigheid van MRSA bij varkens is 'voorbarig'. Dat meent voorzitter Annechien ten Have van de vakgroep varkenshouderij van LTO Nederland.

http://www.zibb.nl/landentuinbouw/varkenshouderij/nieuwsbericht
/asp/artnr/1144702/versie/1/index.html

 


Infectieziekten Bulletin

jaargang 18 nummer 02 2007 (pagina 43 - 44)

Varkens-MRSA op een pluimveebedrijf?

Samenvatting

Bij een bewoner van een pluimveebedrijf werd een niet-typeerbare MRSA gevonden. Na screening werd bij nog eens 4 volwassenen deze MRSA gevonden. Onderzoek wees kippenmest aan als de bron van de besmetting. In Nederland werd eerder MRSA bij varkens en varkenshouders gevonden. Mogelijk zijn ook andere veehouderijen een bron van MRSA.


Begin 2006 werd bekend dat op varkensbedrijven veel MRSA voorkomt.1 Door de aanpassing van de WIP-richtlijn (www.wip.nl; documentatie; pakketten; ziekenhuizen; isolatie; MRSA algemeen), worden sindsdien regelmatig medewerkers van varkensbedrijven en hun gezinsleden gescreend op MRSA.2 In de regio Noord-Brabant worden hierdoor bijna dagelijks mensen met MRSA gevonden. Zoals gebruikelijk worden al deze stammen naar het RIVM gestuurd. De stammen die gevonden worden bij varkensboeren zijn niet te typeren met de pulsed field-gelelectroforesemethode die het RIVM gebruikt, maar wel met een Spa-typering.3
Bij een discussieavond in september 2006 over de aangepaste WIP-richtlijn werd aangegeven dat er rekening moest worden gehouden met verspreiding van deze niet-typeerbare MRSA naar andere veehouderijen. Er zijn aanwijzingen dat MRSA ook onder mestkalveren vaker voorkomt.

Casus

Een 60-jarige patiënt wordt in juni 2006 gerepatrieerd vanuit een buitenlands ziekenhuis. Zijn schoondochter, die werkzaam is in ons ziekenhuis, neemt contact op met de afdeling hygiëne en infectiepreventie om te vragen of zij op bezoek mag en of zij gescreend dient te worden. We spreken af dat eerst haar schoonvader gescreend wordt. Hij blijkt MRSA-positief. Ook zijn schoondochter blijkt positief (zij was overigens niet betrokken bij de zorg van haar schoonvader). We ontvangen de schoonvader op de MRSA-polikliniek en brengen eventuele risicofactoren in kaart. Met betrekking tot de risicofactor ‘contact met dieren’ blijkt dat zijn familie op een kippenhouderij woont. Deze kippenhouderij maakt deel uit van een samenwerkingsverband van 3 bedrijven. We besluiten om de betrokken gezinnen te screenen op MRSA. In totaal worden 6 volwassenen en 3 kinderen gescreend. Vijf volwassenen blijken MRSA-positief, geen van de kinderen is MRSA-positief.

Epidemiologie

Alle isolaten worden ook naar het RIVM gestuurd voor de gebruikelijke typering. Zij blijken allen MRSA-positief, maar zijn niet-typeerbaar. Hierna wordt door onze eigen afdeling moleculaire diagnostiek een ‘randomly amplified polymorphic DNA’(RAPD)-analyse uitgevoerd waarbij we ook een vergelijking maken met een aantal andere isolaten van varkenshouders uit de regio. Onze analyse toont aan dat de isolaten door middel van RAPD wel typeerbaar zijn en niet van elkaar kunnen worden onderscheiden. Wel blijkt onderscheid met enkele niet-gerelateerde andere MRSA-isolaten.
Op zoek naar een mogelijke bron voor deze MRSA-besmetting wordt als eerste de kippenmest uit de stallen onderzocht. We kweken uit de mest van 1 van de 16 kippenstallen een MRSA en dit isolaat is in de RAPD-analyse identiek aan de isolaten uit de gezinnen en de isolaten van de varkenshouders uit de regio. Bij navraag blijkt er geen enkele relatie te bestaan tussen de kippenhouderijen en varkensbedrijven of bedrijven met mestkalveren.

Klinisch

In verband met de mogelijk persisterende bron van MRSA bieden we niet aan alle positieve patiënten behandeling aan. Wel behandelen we de medewerkster van ons ziekenhuis en haar partner. Omdat zij beiden drager zijn van MRSA in onder andere het perineum, behandelde we 10 dagen met systemische antibiotica in combinatie met was- en smeervoorschriften gedurende 5 dagen. Bij beiden slaat de behandeling goed aan, zonder noemenswaardige bijwerkingen. Kweken zijn tot op heden negatief.

Conclusie

Mogelijk is de verspreiding van een niet-typeerbare MRSA in de Nederlandse veestapel niet alleen onder varkensbedrijven en mestkalverbedrijven. Al eerder werd een patiënt beschreven die relaties had met een kippenbedrijf en in de beschreven casus kon MRSA worden gekweekt uit kippenmest afkomstig van dat bedrijf.4 Het is dan ook van groot belang dat alle sectoren binnen de veehouderij gemotiveerd worden om aan deze MRSA-screeningsonderzoeken mee te werken. Naast het gemeenschappelijke gezondheidsbelang is er voor betrokkenen ook een individueel belang, namelijk het verkrijgen van adequate medische zorg. Infecties veroorzaakt door multiresistente micro-organismen zijn moeilijker te behandelen en deze behandeling gaat veelal gepaard met meer bijwerkingen. Op korte termijn moet ook dit individuele, klinische belang aan de betrokkenen duidelijk gemaakt worden.


A.C.A.P. Leenders, arts-microbioloog, email: a.leenders@jbz.nl; M. Janssen, ziekenhuishygiënist; N.H.M. Renders, arts-microbioloog, M. Pelk, ziekenhuishygiënist, Jeroen Bosch Ziekenhuis, 's-Hertogenbosch.

Literatuur

  1. Voss A, Loeffen F, Bakker J, Klaassen C, Wulf M. Methicillin-resistant Staphylococcus aureus in pig farming. Emerg Infect Dis. 2005;11:1965-6.
  2. Vandenbroucke-Grauls CMJE, Beaujean DJMA. Meticillineresistente Staphylococcus aureus bij veehouders. Ned Tijdschr Geneesk.2006;150:1710-2.
  3. Huijsdens XW, van den Broek MJM, Spalburg EC, et al. A survey of MRSA in Pig Farming. 12th International Symposium on Staphylococci and staphylococcal infections; Maastricht 3-6 september: poster 175.
  4. Ekkelenkamp MB, Sekkat M, Carpaij N, Troelstra A, Bonten MJM. Endocarditis door meticillineresitente Staphylococcus aureus afkomstig van varkens. Ned Tijdschr Geneesk.2006;150:2442-7.


Copyright © 2007 RIVM/CIE
Update: 05-03-2007
Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel