Behoud de Parel op Facebook.

U bent hier

OIRSCHOT/DE BEERZEN - Vertegenwoordigers van Stichting Langereijt vrezen voor het natuurschoon tussen Oostelbeers en Oirschot en wijzen op mogelijke ernstige gezondheidsrisico’s, als met de invulling van de Landbouwontwikkelingsgebieden (LOG’s) de plaatsing van megavarkenstallen mogelijk wordt. De door de gemeente Oirschot gehanteerde kaart voor de invulling van de LOG’s laat zien dat recreatiegebied Stille Wille grotendeels wordt ‘ingekapseld’ door landbouwontwikkelingsgebied. LOG Langereijt ligt vrijwel pal naast de landgoederen Baest en ’s Heerenvijvers.

Volgens de berekeningen van Stichting Langereijt is een ‘worst case scenario’ van 525.000 varkens, opgestapeld in de Oirschotse landbouwontwikkelingsgebieden (LOG’s) en verwevingsgebieden, al op korte termijn mogelijk. In het gebied Langereijt en rond Stille Wille kunnen varkensflats tot 15 meter hoogte het nu nog fraaie uitzicht gaan bederven. Ook de gezondheidsrisico’s zijn volgens hen niet voldoende onderzocht. Met name een MRSA-epidemie wordt gevreesd en met de meest voorkomende windrichting en berekende neerslagafstand ligt het centrum van Oirschot precies in de gevarenzone voor uitstoot van ammoniak, fijnstof en stank, stellen zij.

"Jack van dijk, projectleider van de LOG’s Oirschot en Oisterwijk wilde volgens het Eindhovens Dagblad niet erkennen dat een opstapeling van ruim een half miljoen varkens in de gebieden Langereijt en Stille Wille straks mogelijk is. Maar onze berekening klopt wel: 9600 varkens per bedrijf met gespeende biggen erbij. Maar daar mag je nog 2700 biggen bijtellen, die nog bij de moeder zijn. Dan kom je op ruim 12.000 per varkensbedrijf. Op Langereijt komen acht bedrijven, bij Stille Wille nog eens 19. Samen 27 maal 12.000 maakt 324.000 biggen. Volgens wethouder Van de Loo kunnen de verwevingsgebieden, de overgang van LOG’s naar natuurgebied, ook nog eens 200.000 varkens herbergen. Dan kom je vlot aan een half miljoen". Aan het woord is kunstenaar Marc Mulders. Zijn glas-in-lood werken verfraaien onder meer de Sint Janskathedraal in Den Bosch en de Amsterdamse Nieuwe Kerk. Hij woont pas relatief kort aan de Dr. Jan van de Mortellaan in Oostelbeers. Hij was direct verliefd op de omgeving. ‘Een paradijs!’, zo stelt hij. Maar donkere wolken pakken zich boven dat paradijs samen, vreest hij. Door hemzelf genomen foto’s vanaf de Franse en Zwitserse banen tonen een mooi, groen en ongerept uitzicht met in de verte de toren van de Oirschotse Sint-Petruskerk. ‘Je moet er toch niet aan denken dat zo’n uitzicht straks gaat verdwijnen door de komst van megastallen van 15 meter hoogte en alles wat daar aan infrastructuur, wegen en mestverwerkingsfabrieken nog bij komt!’ Zijn overbuurman Roland Pessers deelt deze vrees, temeer omdat projectleider Van Dijk heeft gesteld dat het te laat is voor een principiële discussie over de komst van LOG’s bij Stille Wille en Langereijt. ‘Tien jaar geleden werden op centraal niveau, door de regering, gebieden aangewezen waar de veeteelt geïntensiveerd mocht worden. Zo konden beschermde gebieden op den duur gevrijwaard worden van de negatieve effecten van intensieve veeteelt. Eén en ander werd destijds ingegeven door de varkenspest. Door bedrijven te clusteren en brede corridors te handhaven zonder veeteelt, zouden dergelijke uitbraken dan tot één gebied beperkt blijven. Het was een min of meer democratisch proces, alleen wist de gemiddelde burger amper wat er speelde.’

Tijdbom
Pessers schetst een sluipend proces, waarbij ondertussen de belangen van de boeren in een stevige lobby werden behartigd door ZLTO, Rabobank en CDA. ‘Nu nadert met rasse schreden het moment dat de invulling concreet moet worden. Er ligt een waaier van mogelijkheden, waarvan grootschalige veeteelt in de LOG’s er slechts één is. Nu er hier een half miljoen varkens dreigen te komen, vinden wij dat Oirschot zich er op moet kunnen bezinnen of we dit wel willen. Je kunt wel zeggen dat het nu te laat is, maar de situatie is nu duidelijk anders dan tien jaar geleden. Door het verwevingsgebied bijvoorbeeld blijft het gevaar voor besmetting bij een epidemie. Noem het maar “voortschrijdend inzicht”, men weet nu dingen, die men toen niet wist. De moeilijk onder controle te krijgen MRSA-bacterie, ook voor mensen zeer gevaarlijk, heeft in de tussenliggende tijd voor grote problemen gezorgd in ziekenhuizen en de gevolgen voor de volksgezondheid van met name uitstoot van fijnstof en ammoniak zijn nog niet exact duidelijk, maar wat onderzoeken laten zien, is nu al zeer verontrustend. In Boekel en in de Achterhoek werden in de buurt van megastallen verhoogde cijfers van “vreemde” ziekteverschijnselen en longaandoeningen als kanker geconstateerd door huisartsen en GGD’s. Als je vee op de nu beoogde manier gaat “opstapelen” creëer je een tijdbom: het is niet meer de vraag óf er één of andere epidemische uitbraak gaat plaatsvinden, maar nog slechts wanneer dat zal gebeuren…’, vertelt hij, met mappen vol documentatie en onderzoeken onder handbereik.

E. Mutsaerts, huisarts in De Beerzen, lijkt de zorgen van Stichting Langereijt te delen: ‘In het verleden is al vaak gebleken dat grote concentraties vee de kans op epidemieën flink vergroten. De toename van ziekteverschijnselen zoals chronische longaandoeningen, die in Boekel door de GGD zijn geconstateerd zijn verontrustend. Het lijkt me dan ook niet verstandig dat gezondheidsrisico’s van megastallen door de politiek worden weggewimpeld, als de onderzoeksresultaten hiervan nog niet bekend zijn. Met name MRSA is een reëel gevaar voor de volksgezondheid. Door het wijdverbreide gebruik van penicilline in de intensieve veehouderij hebben we nu te maken met resistente bacteriestammen, zodat patiëntbehandeling steeds moeilijker wordt. Ook van ammoniak en fijnstof weten we inmiddels dat het niet goed is voor de mens. Zelfs al zou je met luchtwassers 90% eruit kunnen filteren, dan nog komt er een behoorlijke hoeveelheid terecht bij omwonenden, maar ook in een groter gebied. Niet voor niets werden in het noorden van ons land vergelijkbare projecten afgeblazen vanwege de gezondheidsrisico’s.’, besluit de arts.

Kanker
Ondertussen worden er landelijk ook steeds meer vraagtekens geplaatst bij de zeer ruime mogelijkheden die vooral varkensboeren krijgen in de LOG’s. Deskundigen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu zijn: “...bezorgd over de effecten van megastallen voor de volksgezondheid...” En het Centrum voor Landbouw en Milieu in Culemborg stelt dat lokaal de uitstoot van ammoniak, stank en fijnstof aanzienlijk kan toenemen, ondanks het gebruik van luchtwassers in de megastallen. Ook zou het schaalvoordeel vanaf een bedrijfsomvang van 1250 zeugen “afvlakken”. Zij vinden: “Het beeld dat oprijst uit de onderzoeksrapporten laat veel onzekerheden, tegenstrijdige inschattingen en een hoog gehalte aan wensdenken zien. Het is daarom tijd voor een pas op de plaats.”

‘Soms lijkt het wel of er in het Provinciehuis een onoverbrugbare gang loopt tussen enerzijds de groen-georiënteerden en anderzijds de belangenbehartigers van de landbouw. Er is al zoveel subsidie gepompt in het weer toeristisch aantrekkelijk maken van het platteland en dan wordt dat aan de andere kant totaal teniet gedaan door het toestaan en subsidiëren van varkensflats. Moet je daar dan weer bomen voor zetten om de toeristen te foppen?’, verwoordt Mulders de frustraties van de stichting, terwijl zijn partner Trudy Sas op de gemeentelijke tekeningen aanwijst waar de LOG’s aan waardevol natuurgebied grenzen en het recreatiegebied Stille Wille bijna volledig inkapselen. Langereijt-bewoner Frans van den Eijnden wijst op de risico’s voor Oirschot: ‘Met de meest voorkomende windrichting en uitgaande van de gemiddelde afstand waarop fijnstof en ammoniakuitstoot neerslaan, ligt het centrum van Oirschot precies in de gevarenzone. Ook de stank zal op de markt te ruiken zijn!’, verklaart hij. Op de vraag of het inmiddels niet te laat is om het tij te keren antwoord Mulders: ‘Geen politicus wil toch later aan zijn kinderen vertellen dat dit meer kanker heeft veroorzaakt in Oirschot!?’ ‘Je vraagt je af’, meldt Van den Eijnde, ‘wat men hier van plan is voor de nabije toekomst. De stanknorm is landelijk bijna overal gemaximaliseerd op 14 geureenheden per duizend in LOG’s. In dit gebied is deze alvast “opgerekt’ tot liefst 20! We wáren de Parel, maar wórden het mestputje van Midden-Brabant.’

Is de stichting niet beducht voor heftige reactie uit de agrarische hoek? ‘Nee, we hopen zelfs op reacties. We zijn ook absoluut niet tegen de boeren! We willen alleen voorkomen dat het hier door de uitwassen van grootschalige veeteelt een naargeestig gebied wordt. We willen binnenkort bijeenkomsten organiseren, waar we in gesprek willen gaan met alle betrokkenen. Liefst met een panel van deskundigen erbij, om te bezien of dit de enige weg is.’, besluit Pessers.

Projecten & onderwerpen: 
Behoud de Parel